Jan Bettink (RA) nieuwste aanwinst voor VBO-Accountancy

Expertise Jan Bettink een grote aanvulling voor VBO-Accountancy

‘Accountancy is puur mensenwerk’

‘Als accountant ben ik eigenlijk helemaal niet zo met cijfertjes bezig’, vertelt Jan Bettink (RA). ‘Ik ben meer een soort klankbord voor de ondernemer’, grapt hij. Kortom: een adviseur die de ondernemer bijstaat bij zijn bedrijfsvoering. ‘Natuurlijk heb je voor goede advisering betrouwbare cijfers nodig, maar daarna begint mijn werk pas echt. Want cijfers zeggen vooral iets over het verleden, niet over de toekomst. En juist aan die toekomst wil ik met de ondernemer graag werken; daar ligt mijn meerwaarde.’

Jan kent Renko van Bodegraven, directeur/eigenaar van VBO Accountancy inmiddels meer dan twintig jaar. ‘Destijds kwam hij voor mij werken, om het vak te leren. Ik stuurde hem naar mijn grootste klant. Hij bleef meteen drie dagen weg, en kwam terug met heel veel werk. Toen wist ik: Renko snapt het. Want accountancy is zoveel meer dan cijfertjes alleen. Het gaat erom dat je anderen kunt helpen.’ Inmiddels werkt hij nauw samen met VBO Accountancy. 

‘Leuker dan je denkt
‘Ik ben accountant, maar het is niet wat je denkt, zeg ik vaak. Het vak is namelijk veel leuker dan men denkt. Die cijfertjes zijn bijzaak. Noodzakelijk, zeker. En ze moeten kloppen, maar uiteindelijk draait het om de interpretatie.’ Ondernemers helpen, dat is zijn drive. ‘Het is de essentie van ons vak.’ Toch kunnen volgens hem ‘veel anderen’ nogal ‘duur en deftig’ over cijfertjes doen. ‘Ze maken het – vaak met dikke rapporten – ingewikkelder dan het is. Maar eigenlijk is het de kunst om de cijfers tot de basis te vertalen en zo een antwoord te krijgen op de vraag: wat speelt hier eigenlijk?’ Volgens hem is juist die meerwaarde ook wat de ondernemer zoekt. ‘Goed advies past op één A4-tje. Daarachter ligt een heel dossier met allerlei uitwerkingen en vastleggingen van wat je in aanmerking hebt genomen om tot dat advies te komen.’ 

‘Zondagskind’
Zelf houdt hij niet zo van het standaardwerk en de standaardoplossingen. ‘De mensen van VBO Accountancy zorgen voor de juiste cijfers; ik ben meer voor de moeilijke vraagstukken.’ Vroeger voelde hij zich een ‘zondagskind’, want hij kreeg alle moeilijke klussen. ‘Later leerde ik: collega’s, de ‘echte accountants’, houden daar niet van.’ Zocht hij in de samenwerking met VBO Accountancy iemand die ook afwijkt van standaard? Jan: ‘Ik heb iemand nodig die de standaarddingen doet, die de jaarrekening opmaakt. Daar ligt voor mij niet de uitdaging.’ Maar er is meer. De ‘klik’ met Renko…

‘Haantjes’

Bijzondere dingen waar ondernemers hem voor vragen zijn o.a. complexe overnames. ‘Zijn daar meerdere accountants bij betrokken, dan merk je dat ze als ‘haantjes elkaar vliegen afvangen’. Ook Renko en ik zijn ‘haantjes’’, lacht hij. ‘Maar we vangen elkaar geen vliegen af. Het bedrijfsbelang is belangrijker dan het eigen ego. Sterker nog: Renko is één van de mensen waarbij ik merk dat, als we samen een moeilijk probleem aanpakken, wij samen tot een betere oplossing komen dan ieder van ons afzonderlijk. Daarvoor moet je bepaalde raakvlakken, dat stukje herkenning hebben, maar ook absoluut verschillend zijn, zodat er op verschillende wijze naar oplossingen wordt gezocht.’ Het is deze synergie die hij zo waardeert en die hem blij maakt met de huidige samenwerking.

Bord spaghetti
‘Eigenlijk weet ik helemaal niks’, schertst hij. ‘Ik praat met de ondernemer en zoek oplossingen voor problemen. Die oplossingen zitten in de ondernemer zelf. Ik zorg er alleen voor dat het, door de juiste vragen te stellen, boven komt drijven.’ Kortom: de klant komt zelf met de oplossing. De enige manier waarop dit werkt, zo blijkt. ‘Ik ga de ondernemer niet vertellen wat hij moet doen. Tenslotte kent hij zijn eigen onderneming veel beter dan ik. Ik help met het afpellen van de problemen; laat de ondernemer inzien dat het één niet met het ander te maken hoeft te hebben; dat je laag voor laag en probleem voor probleem oplossingen moet zoeken.’ Hij vergelijkt het ook wel eens met een bord spaghetti. ‘Alles bij elkaar kun je er niets van maken, maar trekken we het uit elkaar, dan kun je het stuk voor stuk ontrafelen en oplossen.’